Historisch perspectief

Om het probleem van overbevolking vandaag goed te begrijpen is het belangrijk de recente demografische ontwikkeling te plaatsen in een historisch perspectief. Tot aan de ontdekking van de landbouw zo’n 12.000 jaar geleden was de wereldbevolking beperkt tot enkele miljoenen. De tweede landbouwrevolutie zorgde er voor dat de bevolkingsgrootte kon groeien naar meer dan 500 miljoen tegen het begin van de industriële revolutie in de 18de eeuw. Die industriële revolutie zorgde op haar beurt voor een nieuwe toename van de wereldbevolking, maar deze keer nam de wereldbevolking toe van 680 miljoen in 1700 tot 7800 miljoen in 2020. Terwijl het vele duizenden jaren geduurd heeft om tot een wereldbevolking te komen van 1 miljard heeft het nauwelijks 200 jaar geduurd om te groeien tot 7,9 miljard.

Deze explosie is niet tot stand gekomen door een toename van de vruchtbaarheid maar door een proces dat we de demografische transitie noemen. Doordat de kindersterfte sterk is afgenomen in de laatste 300 jaar hebben veel meer kinderen zelf de kans gehad om kinderen te krijgen, wat voor de bevolkingsgroei zorgde. Ook zijn we als mens langer gaan leven, wat eveneens een impact heeft.

Demografische vooruitzichten

Eerst het goede nieuws: volgens de laatste projectie van de VN zal de bevolkingsexplosie tegen 2100 aan haar eind komen. Het minder goede nieuws: de wereldbevolking zal dan een piek bereikt hebben van ongeveer 11 miljard, dat is nog een toename van 41% in vergelijking met vandaag. Meer optimistische projecties geven al een piek van ongeveer 10 miljard rond 2060.

De lage variant projectie van de VN geeft aan wat er kan gebeuren indien de vruchtbaarheid een dalende trend zou kennen. De lage variant houdt rekening met een geleidelijke daling van de vruchtbaarheid met 0,5 kinderen per vrouw in de komende jaren (dat is een daling tot ongeveer 1,9 kinderen per vrouw). In dat geval zou de wereldbevolking tegen 2100 krimpen tot 7,1 miljard, ofwel een daling van 3,9 miljard tegenover de standaardprojectie.

Demografische vooruitzichten voor België

In België zal de bevolkingsdruk nog stijgen. In 2020 telde België 11,5 miljoen inwoners en volgens de Statbel projectie zal dit toenemen tot 12,7 miljoen tegen 2070. Zowel de vruchtbaarheid als migratie spelen een rol in de bevolkingsgroei. Statbel veronderstelt een daling van de migratie. Stel dat de migratietrend van de laatste 20 jaar zou aanhouden, dan zou de bevolking verder aangroeien tot 14,7 miljoen tegen 2100.

Maar de alternatieve projecties voor België tonen wat mogelijk is. Een beperking van de vruchtbaarheid met 0,3 kinderen per vrouw zou er voor zorgen dat we tegen 2100 opnieuw rond de huidige 11,5 miljoen inwoners komen. Stel dat de migratie zou halveren, dan zou de bevolking tegen 2100 9 miljoen inwoners tellen, een krimp van 39% tegenover het ‘business as usual’ scenario.

Wat al deze projecties duidelijk maken is dat een relatieve kleine verandering in de vruchtbaarheid en migratie een grote impact heeft op de verdere bevolkingsgroei. Dit is het zogezegde ‘sneeuwbaleffect’ dat van toepassing is op zowel bevolkingsgroei als op bevolkingskrimp.